24 okt Uitkeringsregeling is sprookje, sector moet stoppen met erin geloven
Bron: pensioenpro.nl / Maarten van Wijk / 24 augustus 2018
De trend naar individualisering is onomkeerbaar, aldus consultant Deloitte. Pensioenfondsen en uitvoerders moeten zich voorbereiden en dat vergt meer distributiekracht, een sterker merk, een betere administratie en het ontwikkelen van integraal persoonlijk robo-advies.
Deloitte schrijft dit alles in een rapport onder de titel ‘Komt er een eind aan het pensioensprookje?’, waarin wordt verkend wat partijen in de pensioenmarkt nodig hebben, om mee te komen in een individueler stelsel.
Pensioenfondsen en – uitvoerders hebben daarbij het meeste te verliezen, terwijl ze achterlopen op drie ‘kerncompetenties’ voor een individuele markt, aldus het rapport: ‘merk en distributie’, ‘klantbediening’ en ‘administratie’. Alleen op het punt vermogensbeheer dicht Deloitte de pensioenuitvoerders een voorsprong toe.
Individualisering via beperking tweede pijler
Voorbereiding op individualisering is nodig, denken de drie auteurs Jan-Wouter Bloos, Evert van der Steen en Robert-Jan Hamersma, omdat de huidige uitkeringsregeling volgens hen een ‘sprookje’ is. ‘Veel partijen blijven erin geloven, maar het kan niet eeuwig kan duren.’
Nu de sociale partners lijken te mikken op behoud en aanpassing van de uitkeringsregeling (SER-variant 1b), is de meest waarschijnlijk route naar individualisering een inperking van de verplichte tweede pijler, staat in het rapport. Een verlaging van de aftoppingsgrens tot de SV-grens (€55.000) of twee keer modaal (€68.000) ligt voor de hand, aldus de auteurs. Een andere logische optie is de invoering van een lumpsum. Tot slot doen de drie een nieuwe suggestie: shoprecht voor deelnemers in uitkeringsregelingen die met pensioen gaan, net zoals nu bij dc-regelingen.
In alle gevallen zou miljarden aan premies of vermogen vrijvallen voor andere marktpartijen. Een kans voor banken en verzekeraars, al betekent het wel een gat in de pensioenopbouw, erkent het rapport. Deelnemers zullen moeten afleren dat ‘pensioen wel geregeld is’ en pensioenbewuster worden.
Als dit soort maatregelen doorgaat, verwachten de auteurs verdere druk op de uitkeringsregeling. ‘Na verdere aftopping zullen de netto-regelingen zichtbaar beter renderen.’
Andere bedrijfsvoering
De pensioensector zal zich moeten voorbereiden op het omgooien van de bedrijfsvoering, adviseert het rapport. Deelnemers willen maatwerk en dagelijks inzicht. Er is een sterk merk nodig en distributiekracht, online of via tussenpersonen.
Op het laatste punt lopen fondsen achter op verzekeraars en banken. Volgens Deloitte zouden fondsen en uitvoerders in een beginfase nog de distributie kunnen doen via werkgevers, sectoren of andere collectiviteiten. Zorgverzekeraars hebben dat ook gedaan bij de start van het nieuwe zorgstelsel. Naderhand is het aantal mensen dat de zorgverzekering individueel afsloot echter flink gegroeid.
Individuele klantbediening is een andere uitdaging. Om te beginnen moet het sneller: niet maandelijks, maar dagelijks gegevens leveren. Ook inzicht en advies geven is belangrijk. Daarvoor moet veel data verzameld worden, zodat er integraal persoonlijk advies kan worden gegeven, waarin rekening wordt gehouden met bijvoorbeeld de hypotheek en ander spaargeld, plus de wensen van de deelnemers.
Het advies zal grotendeels geautomatiseerd moeten zijn (‘robo-advies’). Vanwege de kosten en het provisieverbod zijn de mogelijkheden voor persoonlijk advies beperkt, terwijl het wel logisch lijkt dat de aanbieders met een zorgplicht te maken krijgen. ‘Ze moeten minimaal zeker stellen dat deelnemers de juiste keuzes maken voor hun persoonlijke doelstellingen en situatie’, aldus het rapport.
Administratie
De uitvoering moet hierop aangepast worden. Pensioenuitvoerders hebben nu nog steeds complexe, zelfgebouwde administraties met aparte ‘straten’ voor elk fonds en beperkte flexibiliteit. Als er een individueel stelsel komt, kunnen fondsen dit op de bestaande rechtenadministratie bouwen, maar dat is niet toekomstvast, aldus het rapport.
Hoewel er met verdere standaardisatie nog wel 30% van de kosten afkan, blijven de bestaande rechtenadministraties relatief duur. De zogeheten ‘unit linked’-kapitaaladministraties die worden gebruikt voor individuele rekeningen zijn simpeler en er zijn veel standaardoplossingen voor beschikbaar.
Administratie wordt hiermee echt een commoditymarkt met lage marges, aldus het rapport. Nog meer dan nu zullen uitvoerders hun geld moeten verdienen met vermogensbeheer. Wat dat betreft zitten veel pensioenuitvoerders door hun schaalgrootte goed, terwijl sommige verzekeraar eigenlijk te klein zijn in asset management.
De individuele vermogensbeheermarkt is wel anders. Individuele deelnemers kiezen nu vaak voor goedkope en passieve beleggingen, terwijl fondsen meer gaan voor illiquide en actief. Gevolg is dat de kosten voor individuele pensioenproducten nu vaak rond 0,30% liggen en voor collectief rond 0,45 a 0,55%. De vraag is waar individuen voor kiezen in een individueler stelsel.
Geen reactie's